Persoonlijkheidsstoornissen - Compacte Samenvatting Gesorteerd op Stoornis (2023)
26 views 3 purchases
Course
Persoonlijkheidsstoornissen (550040B6)
Institution
Tilburg University (UVT)
Book
Personality Disorders
Compacte samenvatting van Persoonlijkheidsstoornissen. Gemaakt op basis van mijn uitgebreide samenvatting en gesorteerd op basis van stoornis. Handig voor als je weinig tijd hebt of om jezelf te overhoren. Ik heb zelf een 8 gehaald, met een klasgemiddelde van 5,74. Het vak is onderdeel van de klini...
Concrete Samenvatting Persoonlijkheidsstoornissen
Persoonlijkheidsstoornissen – Algemeen
Persoonlijkheid – verwijst naar de blijvende kenmerken en gedragingen die de unieke aanpassing van
een persoon aan het leven vormen, inclusief belangrijke eigenschappen, interesses, drijfveren,
waarden, zelfbeeld, capaciteiten en emotionele patronen.
Persoonlijkheidsstoornis – een blijvend patroon van innerlijke ervaring en gedrag dat afwijkt van de
verwachtingen van de cultuur van een individu, pervasief en inflexibel is, begint in de adolescentie en
vroege volwassenheid, stabiel is in de tijd en leidt tot klinisch significant lijden of beperking op sociaal,
beroepsmatig of ander gebied van functioneren.
à Ego syntonisch: het hoort bij de persoon (dus persoonlijkheid)
Algemene PS-Criteria
A. Een blijvend patroon van innerlijke ervaring en gedrag dat opmerkelijk afwijkt van de
verwachtingen van de cultuur van een individu. Dit patroon is gemanifesteerd in 2 of meer van
de volgende:
1. Cognitie (interpreteren zelf/omgeving)
2. Affectiviteit (emotionele respons)
3. Interpersoonlijk functioneren
4. Impulscontrole
B. Het blijvende patroon is inflexibel en pervasief over een breed scala van persoonlijke en
sociale situaties
C. Het langdurig patroon leidt tot klinisch significant lijden of beperkingen in sociaal of
beroepsmatig of ander belangrijk gebied van functioneren.
D. Het patroon is stabiel en van lange duur, het begin ervan is in ieder geval terug te leiden naar
adolescentie of vroege volwassenheid.
E. Het patroon kan niet beter worden verklaard door een andere psychische stoornis.
F. Het patroon is niet het gevolg van de directe fysiologische effecten van een middel of
medische aandoening.
3 P’s – Pervasief, Persistent, Pathologisch.
Cluster A Paranoïde Vreemd, excentrisch, raar 4%
Schizoïde
Schizotypisch
Cluster B Borderline Dramatisch, emotioneel, 3.5-4%
Narcistisch impulsief, wild,
Histrionisch onvoorspelbaar
Antisociaal
Cluster C Afhankelijk Angstig, bezorgd 3-9%
Vermijdend
Obsessief-compulsief
‘Andere gespecificeerde PS’ – niet voldoen aan volledige criteria, wel significant lijden.
‘Niet-gespecificeerde PS’ – reden niet willen specificeren of onvoldoende informatie voor specifieke
diagnose.
,Alternatief model
• Behoud 6/10 à verwijder paranoïde, schizoïde, histrionisch en afhankelijke PS
• Beoordeel niveaus van ernst
• Beoordeel onderliggende pathologische persoonlijkheidskenmerken
• Waarom?
o Beperkt empirisch bewijs
o Gebrek aan specificiteit in algemene definitie van PS
o Onvoldoende weergave van de ernst
o Heterogeniteit binnen typen
o Willekeurige drempels voor diagnose
o Overmatige comorbiditeit bij PS
Beoordeling van PS in de klinische praktijk
1. Inventarisatie: geschiedenis, hulpvraag, probleemgebieden, risicobeoordeling, medicatie,
levenscontext.
2. Classificatie: gestructureerd interview, past klacht in DSM-5?
3. Diagnostische formulering: beschrijft probleem, verder onderzoek doen.
Categorische diagnoses zijn niet zo stabiel en chronisch als gedacht (93% BPD vertoonde remissie
gedurende 2 jaar)
Comorbiditeit: naast elkaar bestaan van twee of meer syndroomstoornissen en
persoonlijkheidsstoornissen bij één patiënt à gemiddeld 1.4 PS
Theoretische modellen die comorbiditeit verklaren
• Vulnerability model: PS zorgt voor vatbaarheid voor ontwikkeling van syndroomstoornissen.
• Continuity model: PS wordt gezien als subklinische manifestaties van een zich langzaam
ontwikkelde syndroomstoornis.
• Complication model: PS ontstaat als gevolg van een blijvende syndroomstoornis.
• Co-effect/ shared riskmodel: PS en klinische stoornissen zijn twee afzonderlijke structuren,
maar komen samen voor als resultaat van een derde gemeenschappelijke factor of oorzakelijk
proces.
• Attenuation model: beide aandoeningen zijn alternatieve uitingen van dezelfde genetische of
constitutionele oorzaak
40-50% van de variantie in persoonlijkheidskenmerken is gerelateerd aan genetische factoren.
• Cluster A = .21 - .26
• Cluster B = .31 - .41
• Cluster C = .27 - .37
Cloningers biosociale theorie van PS (Temperament Character Inventory)
Genetische temperament factoren: individuele verschillen in gedragsleer mechanismen.
• Harm avoidance: neiging tot gedragsremming van reacties op aversieve stimuli.
• Novelty seeking: gedragsactivering voor nieuwe prikkels die leiden tot het najagen van
beloning en ontsnappen straf.
• Reward dependence: positieve reactie op geconditioneerde signalen van beloning die gedrag
in stand houdt.
• Doorzettingsvermogen: doorzetten ondanks frustratie en vermoeidheid
Herzien model: karakterfactoren: minder erfelijk en rijpt.
• Zelfsturing: zelfacceptatie, zelfbeschikking, adaptief gedrag
• Coöperatie: acceptatie van anderen
, • Zelf-overstijging: verbonden met natuur, universum, spiritueel
Gehechtheid is een langdurige band die wordt gekenmerkt door de neiging om nabijheid tot een
specifieke volwassene te zoeken en te behouden om zich veilig en geborgen te voelen.
• Veilig; afwijzend vermijdend; angstig gepreoccupeerd; onopgelost
• AAI – Adult Attachment Interview
Bij het alternatieve DSM-model beoordeel je eerst de ernst van het functioneren van de persoon met
de LPFS (scale) en specificeer je daarna onderliggende kenmerken. 2 of meer domeinen moeten
moderate impairment (classificatie 2) hebben voor een diagnose (score van 0-4)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maudh. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for R78,19. You're not tied to anything after your purchase.