PROBLEEM 8
Allereerst alle vorderingen even gesorteerd om te kijken welke vorderingen er allemaal zijn.
, Onroerende zaken
Onroerende zaak verkocht door CRED-Bank en wordt volgende maand geleverd aan de koper. Op het
object was gevestigd:
1) recht van eerste hypotheek ten behoeve van CRED-Bank zekerheidsrecht
2) recht van erfpacht ten behoeve van Vodde BV genots-/gebruiksrecht
3) recht van tweede hypotheek ten behoeve van KNB-Bank zekerheidsrecht
Wie Op grond van Opmerkingen
1. CRED Bank Art. 3:278, 279, 268 BW;
Art. 57 Fw.
2. Vodde BV Art. 3:282 jo. 273 BW Kan zijn recht niet inroepen tegenover CRED Bank,
want erfpacht gaat teniet, want het pandrecht is ouder.
Maar krijgt daarom wel een schadevergoeding
3. KNB Bank Art. 3:278, 279, 270 lid 3
BW
4. Curator Ranitz/Ontvanger q.q.
5. Wietse II Art. 40 Fw Algemeen bevoorrechte boedelschuld op grond van
art.3:288 aanhef onder e.
Gaat voor op alles hieronder omdat het een
boedelschuld is
6. Pieters Taxatie Concurrent boedelschuldeiser op grond van art. 3:288
Dat is dus nog in de buik.
7. Fiscus Art. 21 lid 1 IW Algemeen fiscaal voorrecht
8. Wietse I Art. 3:288 sub e BW Gaat boven concurrente en achtergestelde schuldeisers,
omdat voorrang uit voorrecht voortvloeit. (3:278)
9. Concurrente schuldeisers Art. 3:277 lid 1 Concurrente schuldeisers en geen speciale positie ten
Nuys Invest aanzien van de onroerende zaak
Karzo
Abmo Garage
10. Barut Art. 3:277 lid 1 Post-concurrente schuldeiser
CRED Bank
CRED Bank heeft het recht van eerste hypotheek ter waarde van 400.000 euro.
- Art. 3:278 BW bepaalt dat voorrang voortvloeit uit pand, hypotheek en voorrecht.
- Art. 3:279 BW bepaalt dat pand en hypotheek boven voorrecht gaan, tenzij de wet anders bepaalt.
- Art. 57 Fw bepaalt dat pand- en hypotheekhouders hun recht kunnen uitoefenen alsof er geen
faillissement was.
- De hypotheekhouder heeft op grond van art. 3:268 BW het recht van parate executie. Dit houdt in
dat wanneer de schuldenaar in verzuim is met de voldoening van hetgeen waarvoor de hypotheek
tot waarborg strekt, dan mag de hypotheekhouder het verbonden goed verkopen.
Vodde BV
Zijn recht van erfpacht vervalt door executie van de onroerende zaak. Het verval van zijn erfpacht kan
mogelijk tot voordeel strekken van andere crediteuren aan wie het anders wel had kunnen worden
ingeroepen. Overwegingen van billijkheid hebben ertoe geleid om in deze situaties de regel van art. 3:282 lid
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller merle_1234. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for R59,16. You're not tied to anything after your purchase.