100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting - Familiesociologie R156,04
Add to cart

Summary

Samenvatting - Familiesociologie

1 review
 75 views  5 purchases
  • Course
  • Institution

Deze samenvatting bestaat uit notities genomen tijdens de lessen en de hierbij gebruikte powerpointslides. Alles wordt op een gestructureerde manier weergegeven.

Preview 10 out of 119  pages

  • December 23, 2023
  • 119
  • 2023/2024
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: tellilouise • 2 months ago

avatar-seller
Familiesociologie
Les 1: familiesociologie een introductie
Wat is mijn familie?
Wanneer je aan familie denkt, aan wie denk je dan allemaal? → Grote verscheidenheid in hoe
iedereen zijn eigen familie afbakent, dit is naar eigen interpretatie.

Wat betekent familie voor jou?
Welke grenzen kan je kiezen om familie af te bakenen:

• Enkel nucleair gezin?
• Enkel leden van huishouden?
• Obv bloedverwantschap (= consanguinity)?
• Obv wettelijke band (= conjugality)?
• Wat als er iemand is gescheiden?
• Vrienden opgenomen?
• Huisdier opgenomen?
• Verschillende andere mogelijkheden: vb: Hoort een overleden persoon nog tot de familie?
Stiefouders? Vrienden? God? Muziek? Schoonouders?
• Zijn er mensen bewust niet opgenomen, of zijn ze gewoon geen deel van je familie?
• (vb. een vader waar je geen contact meer mee wilt hebben vs. een nonkel die je gewoon niet
kent…)

 het concept “familie” verschilt van persoon tot persoon

Mbt afstand: Op basis van wat bepaal je de afstand tussen de leden?

• Obv emotionele nabijheid?
• Obv geografische nabijheid?
• Obv wettelijke verbintenissen (bv. huwelijkscontract)?
• Op basis van een combinatie van deze elementen?

 Concepten: INCLUSIE, EXCLUSIE, en WEGLATING zijn hierbij belangrijk:
Bv. Een man van middelbare leeftijd kan misschien zeggen dat zijn broers geen deel zijn van zijn
familie. Als hij meerdere broers heeft, en hij neemt geen enkel van hen op in zijn familie, dan
gaat het wellicht over weglating, maar indien hij er slechts een niet van opneemt, dan gaat het
wellicht over exclusie. Inclusie is wanneer hij al zijn broers ziet als een deel van zijn familie.
Dichtheid gaat over de afstand (figuurlijk) die je ervaart.

Inclusie Dichtheid Exclusie weglating



Niet iedereen heeft/ overal is er hetzelfde concept van familie → onderscheidt tussen:

• Personal perspective
• Scientific knowledge

,Wat is een gezin?
Om te kunnen spreken van gezin → Weer afhankelijk van:

• Inclusie: samenwonen, bloed, ouders van een kind (ongeacht samenwonend), kinderen van
partner,…
• Dichtheid (letterlijke betekenis)
• Exclusie: afhankelijk van wie het is of dit al dan niet belangrijk is
• Weglating: grootouders (niet in zelfde woning), vrienden

 Ook dit weer afhankelijk van perspectief

Verschil tussen familie & gezin?

• Kan zitten in verwachtingen (intensiteit contact,…)
• Bepaald wie bepaalde voordelen krijgt en wie niet
• …

 Dit is iets dat kan veranderen door de tijd heen.

Verschillen die mensen zelf hebben tussen familie & gezin kunnen implicaties zijn:


• Wat zijn de implicaties voor deze verschillen in afbakening? Bv. hoe zou een ambtenaar van die
asielprocedures behandelt het nucleair gezin afbakenen? Wie zou volgens deze ambtenaar lid
zijn van het gezin en wie niet?
• Zou je als leidinggevende je werknemers zorgverlof laten nemen voor zijn/haar zieke moeder,
en zou je datzelfde verlof toestaan voor iemand die een zieke vriend wilt verzorgen?
• Met wie mag je huwen? Geslacht/gender; aantal personen..

Het concept “familie”
Sociologische definitie van familie:

It is not likely that the job of specifying what is meant by family will progress rapidly. Consensus would
be … improbable for scholars” (Settles, 1987)

Improbpable → Gezinsvormen veranderen continu waardoor een afbakening niet mogelijk is.

 In het engels spreekt men over onderscheid “nuclear family” en “(extended) family”. In het
Nederlands over gezin en familie


Het concept FAMILIE is een variërend en niet strikt te definiëren begrip (variatie over en binnen plaats
en tijd), omringd door waarden en normen

• De omvang van WIE tot een familie behoort varieert over PLAATS EN TIJD
• De NORMATIEVE VERWACHTINGEN omtrent hoe je een familie moet vormen varieert over
PLAATS EN TIJD
• Het BELANG dat aan familie gehecht wordt varieert over PLAATS EN TIJD

 Wereldwijd zijn er dus vele verschillende vormen van “familie”, maar veel van wat er in sociologie
is geschreven over familie is vanuit Westerse invalshoek

,Belang van familie wereldwijd
Overal familie gezien als iets belangrijk. Maar wel variatie tussen landen.

• Om deze variaties na te gaan hebben onderzoekers van het Institute for Comparative Survey
Research in Wenen 86.000 mensen van 60 verschillende landen wereldwijd bevraagd tussen
2010-2014. Dit om een inzicht te krijgen in een specifiek aantal waarden → deze waarden
waren: familie, vrienden, vrije tijd, politiek, religie en werk.

• Men werd gevraagd om voor elke waarde te definiëren hoe belangrijk deze is met ranking-
mogelijkheden van heel belangrijk tot helemaal niet belangrijk.

➢ Deze antwoorden bieden een handige maatstaaf voor 1 land om de specifieke waarden te
kunnen vergelijken met andere landen wereldwijd. (zie onderstaande afbeelding)

Voor alle, behalve 5 landen, die bevraagd werden
werd familie als belangrijkste waarde gezien. In
de landen waar dit niet het geval was, is
Nederland het enige land die vrienden als
hoogste prioriteit zagen.
Ghana rangschikte werk boven alles, terwijl
Algerije, Egypte en Qatar religie als belangrijkste
zagen.

Intergenerationele solidariteit
Intergenerationele solidariteit = loyaliteit tov ouders. Vb: Als het slecht gaat moet je voor je ouders
zorgen

Belang van huwelijk
VARIATIE OVER TIJD en PLAATS

• Trend: steeds meer minder huwelijken

 Het komt nu eerder voor dat mensen wettelijk gaan samenwonen

Het huwelijk & gezinsvorming: heteronormativiteit & “voortplantingsnormativiteit”
Naast idee rond het huwelijk, het belang dat eraan gehecht wordt en het voorkomen, zijn er ook heel
wat normatieve ideeën rond het huwelijk:

• Bij Huwelijk → vaak als norm gezien dat het een instituut is dat heteronormatief is, waarin
kinderen moeten geboren worden.

➢ Heteronormativiteit, heteronormaliteit of heterocentrisme = idee dat heteroseksualiteit de
standaard en/of de natuurlijke toestand van de mens is. Volgens die norm zijn er twee
complementaire en tegenover elkaar staande geslachten (of genders) met eigen sociale
rollen. (Man en vrouw)

 In Westerse wereld: veel sociologische kaders gevormd op basis van heteronormativiteit &
westerse visie op familie

,Vormen van huwelijk
Er bestaan verschillende vormen van huwelijk: afhankelijk van cultuur tot cultuur

• Vrijwillig
• Uithuwelijking
• Financiële redenen
• folygamie
• …

Ook hier weer: Heteronormativiteit → Cijfers van monogamie. Vaak heteronormatief. Maar er zijn wel
meerder vormen van huwelijke en bijgevolg gezinsvormen wereldwijd.

• Polyamorie = in een relatie zijn met meerde mensen zonder getrouwd te zijn
• Polygamie = het bindende aspect waarbij men trouwt in een niet-monogame constellatie

 Dit is een vorm van familiebeleid = dat type sociaal beleid dat gefocust is op het ondersteunen en
versterken van de functie die gezinnen en families hebben (Reproductie, Zorg, Emotionele steun
en Intergenerationele solidariteit)


Singles en eenoudergezinnen = liefst 45% van huishoudens in België

• Norm: man & vrouw krijgen samen een kind
➢ Veel minder getolereerd dat een vrouw een kind krijgt zonder in een stabiele relatie te zijn
met een man
➢ Ook minder tolerantie tov een homokoppel dat een kind adopteert


Wetten omtrent seksuele geaardheid wereldwijd

• Legaliteit homo seksuele koppels om te trouwen
• Legaliteit homo seksuele koppels om te adopteren

 Veel variatie wereldwijd → bepaald in de wet


Het krijgen van kinderen:

• steeds minder verplicht naar de maatschappij toe
• steeds minder mannen in het westen geloven dat ze kinderen moeten krijgen om volledig te
zijn
• bij de vrouw ligt de verwachting om kinderen te krijgen hoger → het belang is bij de vrouw dus
groter.
• In sommige culturen (bv Egypte) is vruchtbaarheid heel belangrijk.


Project: Foodbaby or real baby? = Instagram challenge waarbij je moet raden of mensen effectief
zwanger zijn of een buikje hebben owv voeding. Ingaan tegen normen.

• Reden: Kinderloze dertigers voelen vaak soort druk of ze al dan niet een kinderwens hebben
➢ Als dan buikje komt piepen, is de vraag of je zwanger bent snel gesteld. Maar is het wel een
baby? Is het niet gewoon te veel gegeten?

,Enkele cijfers: de situatie in België
Enkele tendensen over familie-en gezinssituaties in België:

• Minder huwelijken, meer cohabitatie en meer geboortes buiten het huwelijk
• Toename scheiding, hertrouw en nieuw samengestelde gezinnen
• Toename éénoudergezinnen
• Kleinere gezinnen, minder kinderen


Beanpole family:

• Vroeger: meer kinderen dan ouders in een gezin → piramidevorm
• Nu: minder kinderen per generatie en levensduur langer. → bonestaak/ geverticaliseerde vorm
(lang en smal) met slechts enkele/ evenveel mensen per generatie in een gezin.
➢ Stijging in scheidingen speelt hier een rol bij omdat één volwassene vaak twee families heeft
met elks een enkel kind.



Genderrollen en ouderschap
Een je een gezin gevormd hebt (heteronomatief & kind) → nog steeds verwachtingen en normen:

• Zowel man als vrouw dienen bij te dragen aan het huishoudelijk inkomen
• In het westen: vrouw wil ook gaan werken om zich bevredigd te voelen/ overig: vrouw vindt
huisvrouw zijn bevredigend
• Het idee dat een werkende moeder een even warme en veilige band kan ontwikkelen met het
kind als een huismoeder.
• Het idee dat vaders over het algemeen even geschikt zijn om voor kinderen te zorgen als
moeders
• Het idee dat mannen evenveel verantwoordelijkheid moeten nemen als vrouwen voor het huis
en de kinderen
• Het idee dat een peuter/kleuter er onder lijdt als de moeder werkt

,Les 2: Historisch perspectief op familie- verandering in Europa
Onderscheidt tussen nucleair gezin en uitgebreide familie:

• Nucleair gezin = kerngezin → ouders en broer en zussen
• Uitgebreide familie → grootouders, neven en nichten, nonkels en tantes


De “Grand Narratives”
De “Grand Narratives” = Klassieke sociologische theorieën → bv Marx: basis sociologie



Vroege sociologie heeft neiging om geschiedenis op te delen in periode voor en na industrialisatie

• Cf. Klassieke denkers (Marx, Durkheim)
➢ Durkheim: afbrokkeling van de sociale cohesie


Voordeel van deze macro-sociologische perspectieven: in staat om de grote veranderingen te
beschrijven → gaan ervan uit da Europa 1 grote homogene groep was → dus heel erg veralgemenen

Nadeel van deze macro-sociologische perspectieven: Vereenvoudigen verleden als een homogene
periode



Alles heeft een plek in de samenleving

De maatschappij is zoals een lichaam

Elk orgaan heeft een functie

Elk onderdeel heeft een functie voor het
functioneren van de maatschappij

Familie als belangrijk onderdeel van de maatschappij

Familie is een hoeksteen binnen de maatschappij

,T. Parsons (1951)
Familievorm evolueert mee met veranderingen maatschappij (= functionele fit)

• Pre-industrieel (uitgebreide familie) VS industrieel (nucleaire familie)

• Functie familie verandert met industrialisatie
➢ gezinnen trokken meer naar stedelijke gebieden, gingen buitenshuis werken.

➢ Individuele prestaties en talenten werden belangrijker op werkvlak – niet noodzakelijk nodige
functie in grote familie op platteland vervullen (ascription and nepotism).

• Functies van uitgebreide familie overgenomen door andere instituties (gezondheidszorg,
onderwijs, politie,…)


Voor industrialisatie:

• Uitgebreide familie → uitgebreid familienetwerk
• Familie = economische productie-eenheid (thuis en werk op dezelfde locatie)
• Familie = multifunctioneel (gezondheidszorg, onderwijs, politie, …)


Vanaf industrialisatie:

• Uitgebreide familie vervangen door: Geïsoleerd gezin → kerngezin
• Familie ≠ economische productie-eenheid
• Familie specialiseert en besteedt taken uit aan andere instanties (overheid, ziekenhuizen,
scholen, bedrijven,…) (=structurele differentiatie)
• Aangepast aan industrialisatieproces:
➢ Mobieler gezin
➢ Gezin als stressbuffer


Parsons spreekt over geïsoleerde families omdat volgens hem tijdens de industrialisatie gezinnen
steeds meer geïsoleerd geraken van hun uitgebreide familienetwerken. →Natuurlijk zijn er wel nog
contacten met het uitgebreide familienetwerk., maar: deze contacten zijn op basis van vrije keuze,
eerder dan verplichting

• Tijdens de pre-industriële periode waren mensen verplicht om met familieleden samen te
werken om te kunnen overleven
• Familieleden verzorgden bv elkaars gezondheidszorg, onderwijs, moreel politiewerk,
tewerkstelling, enzovoort

,Het geïsoleerde nucleaire gezin is zoals een warm bad en is gespecialiseerd in 2 functies:


1. Primaire socialisatie = Socialisatie die tijdens de kinderjaren plaatsvindt: kinderen normen en
waarden aanleren
• Consensus en sociale orde in de maatschappij bewaard
• Tijdens deze tijd wordt de persoonlijkheid van het kind in die mate gevormd dat het de
kernwaarden van de maatschappij geïnternaliseerd.

 Parsons geloofde erin dat persoonlijkheden “gemaakt werden en niet aangeboren waren → taak
van ouders om kind correct te socialiseren

2. Stabilisatie van volwassen persoonlijkheden
• Gezin zorgt voor stabiliteit en emotionele zekerheid
• Gezin = veilige haven tegen dagdagelijkse stress
➢ In het gezin kan een persoon terecht met de “kinderlijke kant” van zijn persoonlijkheid door
te spelen met zijn eigen kinderen.

• Verworven ipv toegeschreven status
➢ Pre-industrialisatie: je kreeg je status op basis van de familie waartoe je behoort.
➢ Post-industrialisatie: sociaaleconomische status kan bereikt worden buiten de familie, wat
kan leiden tot conflicten binnen de uitgebreide familie.
◼ Een zoon kan bijvoorbeeld een hogere status dan zijn vader bereiken omdat hij een
betere job opneemt.
◼ Parsons vermoedde dat dit type van conflict minder waarschijnlijk is binnen de
nucleaire dan de uitgebreide familie.

• Expressieve versus instrumentele rol – genderspecifieke verdeling van arbeid


Om de moderne industriële economieën succesvol te laten zijn. → SAMEN gelukkig:

Stabilisatie van volwassen persoonlijkheden is ook ondersteund door de genderspecifieke verdeling
van arbeid.

• Leden van het gezin krijgen een specifieke rol (rolallocatie).
• De leden dienen deze rol goed te vervullen opdat het gezin goed kan functioneren.
➢ Vrouw: expressieve rol (zorg, affectie, veiligheid, emotionele steun)
➢ Man: instrumentele rol (kostwinner)
➢ De rol als kostwinner is volgens Parsons enorm stresserend. De functie van de vrouw is dan
om de man emotioneel te ondersteunen, ongeacht haar eigen toestand.
➢ Parsons ziet de rollen van man en vrouw als complementair – gelijkwaardige bijdrage tot
functioneren van het gezin – maar op een andere manier die aansluit bij de biologische
verschillen tussen mannen en vrouwen

 In conclusie: stelt Parsons dat uitgebreide families met hun nadruk op traditie vooruitgang en
moderniteit belemmerden. Daarentegen kan alleen het kerngezin effectief het prestatiegerichte
en geografisch mobiele personeelsbestand verschaffen dat nodig is om de moderne industriële
economieën succesvol te laten zijn

,Goode, W. J. (1963). World revolution and family patterns
Algemeen achterliggend idee was hetzelfde:

• Opkomst van nucleair gezin gaat hand in hand met industriële revolutie
• Voorspelde dat ook in andere werelddelen het uitgebreide gezin plaats zal maken voor
nucleaire gezin bij toename van industrialisatie


Goode is nog een voorbeeld van een macro-sociologisch perspectief dat veranderingen in
familiepatronen verklaard. Dit perspectief is een heel invloedrijk perspectief, maar het is enkel in staat
om algemene trends te beschrijven en verklaren. → De realiteit was echter veel complexer en
genuanceerder.

Goode gaat er zoals vele andere tijdsgeesten vanuit dat voor de industriële revolutie gezinnen in grote
uitgebreide familiesystemen leven.

In 1963:

• Geografische mobiliteit ↑
• Sociale mobiliteit ↑
• “Verworven status” ipv “toegeschreven status”
• Specialisatie en differentiatie ↑

Geografische mobiliteit ↑


Industrialisatie dus Geografische mobiliteit ↑ → mensen verplaatsen zich meer.

• Bv. Nieuwe fabriek opent
➢ zowel arbeiders als managers moesten verhuizen naar nieuwe werkplek, je moest een job
zoeken in de grote steden

• Bv. Veel jobs in industriële arbeidsmarkt vereisen scholing
➢ mensen verplaatsing zich om onderwijs te volgen → ouders konden scholing niet geven

• ☺ NUCLEAIR GEZIN = gemakkelijker te verplaatsen dan geheel familienetwerk
➢ Grote gezinnen werden uit elkaar getrokken om te gaan werken

, Sociale mobiliteit ↑
Sociale mobiliteit: lagere sociale klassen naar een hogere sociale klassen

• Arbeid categorieën begonnen toe te nemen. Naarmate de industrialisatie toeneemt, hoe meer
arbeid categorieën er ontstaan
• Kinderen kregen ook vaker een hogere sociale status via opleiding beginnen te verwerven dan
hun ouders

Nieuwe arbeidscategorieën ontstaan

• Fase 1 industrialisatie: Plots grote vraag naar arbeiders (ipv boeren,...)
• Fase 2 industrialisatie: Toename vraag naar middenkader
• Fase X industrialisatie: Ingenieurs, ICT specialisten,…


Het gezin kan zelf niet meer de noodzakelijke opleiding voorzien

• Vroeger leerden kinderen ambachten via familie
• Met industrialisatie steeds meer via personen buiten familie of formeel onderwijs
➢ Kinderen moesten mobiel genoeg zijn om in nieuwe arbeidsniches terecht te komen
➢ Kinderen ontwikkelen erg verschillende levensstijlen van hun eigen ouders…


 NUCLEAIR GEZIN wint aan belang…

Overgang van verworven naar toegeschreven status


Pré-industriële Samenleving:

• Arbeidsstatus was sterk verbonden met die van je eigen familie.
➢ Bv. Zonen van boeren werden zelf boeren, …

• Of je werd een job toegeschreven door de patriciër/adel
➢ DUS: Je arbeidsstatus werd toegeschreven


Industrialisatie:

• Families hebben minder controle over verdeling jobs.
➢ Nog steeds beperkte, maar grotere mogelijkheid om eigen interesses te ontwikkelen

Toename specialisatie en differentiatie
- Huishoudens zijn niet langer de eenheid van productie
• Betaalde arbeid wordt steeds meer buitenshuis gedaan.

- Ook gezondheidszorg, opleiding, ontspanning, religie,… steeds vaker buitenshuis
• Bv. Van thuisbevalling naar ziekenhuisbevalling
• Bv. Dokters komen steeds minder aan huis, ontstaan van dokterskabinet,…

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying this summary from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller willemfrankie. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy this summary for R156,04. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy summaries for 14 years now

Start selling
R156,04  5x  sold
  • (1)
Add to cart
Added