Mr b.r. tromp , mr dr e. post
All classes
Subjects
jeugdrecht
jeugdstrafrecht
aantekeningen
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
More summaries for
College aantekeningen Jeugdrecht RUG
Hoorcollege uitwerkingen Jeugdrecht
Uitgebreide college aantekeningen Forensische Orthopedagogiek en Recht 2023/2024 (7014B474DY)
All for this textbook (33)
Written for
Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Rechtsgeleerdheid: Nederlands Recht
Jeugdrecht (RGAPR90606)
All documents for this subject (10)
Seller
Follow
nikkivanmook
Reviews received
Content preview
College 1
● H1, 2 en 5
Jeugdrecht omvat alles wat verdrag en wet regelt ten aanzien van minderjarigen en
jongmeerderjarigen en soms ten aanzien van meerderjarigen tot 23 jaar.
Jeugdrecht is ingewikkeld technisch recht; maatschappelijk zeer relevant.
De rol van “Junevile Courts” aan het eind van de 19e eeuw in Amerika (Jeugdrechtbank).
Die als “parens patriae” (ouders vaderland) zouden moeten waken over afhankelijke, hulpbehoevende
en onaangepaste jeugd. Niet zozeer uit compassie, maar om samenleving te beschermen criminaliteit
in het latere leven te voorkomen.
‘Kinderwetje’ van Van Houten: hier begon de bescherming van het kind. De kinderwetten van 1901
legden de basis voor huidige jeugd(beschermings)recht en jeugdstrafrecht:
● mogelijkheid om ter bescherming van kind in te grijpen in ouderlijk gezag;
● afzonderlijk strafprocesrecht voor berechting van jeugdige verdachten;
● beginselen en voorschriften omtrent maatregelen ten opzichte van jeugdige personen met
uitvoeringsmaatregelen.
Sinds 1 april 2014 is het mogelijk om als partner van lesbische moeder het juridisch ouderschap te
verkrijgen en werd naar aanleiding van parlementaire discussie hierover Staatscommissie Herijking
ouderschap benoemd.
Eind 2016 een adviesrapport over mogelijkheden tot meerouderschap, meeroudergezag en
draagmoederschap. Op 24 april 2020 is concept Wet kind, draagmoederschap en afstamming ter
consultatie uitgezet, alsmede het concept wetsvoorstel Wet deelgezag.
1 januari 2015 de Jeugdwet in werking getreden, hetgeen tot transitie van jeugdzorg van provincies
naar gemeenten heeft geleid.
Invloed EVRM en EHRM
● Invloed EVRM en EHRM is groot. Leidt tot bijvoorbeeld tot het inzicht dat ouders en kinderen
betrokken moeten worden in het beslissen, bijvoorbeeld over het nemen van
kinderbeschermingsmaatregelen;
● Waarom is invloed verdragsrecht in Nederland zo groot?
Ontwikkeling deze eeuw
● Het jeugdrecht volgt maatschappelijke ontwikkelingen. Het is daardoor een dynamisch
rechtsgebied. Daarvan getuigt veel relatief recente en aankomende wetgeving:
○ VB: Wet Lesbisch ouderschap, Jeugdwet, Wet herziening
kinderbeschermingsmaatregelen, Wet tegengaan van huwelijksdwang; Wet zorg en
dwang en Wet verplichte zorg; Ontwerpwetsvoorstellen draagmoederschap en
deelgezag, de voorstellen voor nieuw naamrecht en de transgenderwet.
Internationale normen
● Mondiale Internationaal verdrag inzake de rechten van de mens (IVRK) is van groot belang
geweest.
○ Burgerlijke, politieke, economische, sociale en culturele rechten
○ Geldt in NL sinds 8 maart 1995;
○ Bevat eenieder verbindende bepalingen en gaan voor nationale wetgeving (93 en
94), met name 3, 5, 7 t/m 9, 12 t/m 14, 16, 37. De meeste bepalingen hebben
rechtstreekse werking; maar bijvoorbeeld 9 IVRK niet bij vreemdelingenzaken.
, ○ Niet alleen de burgerlijke en politieke rechten, maar ook de economische, sociale en
culturele rechten.
○ 3 IVRK: belang van het kind vormt bij maatregelen betreffende kinderen altijd de
eerste overweging.
● Het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) met name artikel 1 jo. artikel 1
Eerste Protocol, 2, 6 en 8.
○ Vanaf 4 november 1950 open voor ondertekening en dus geschreven in de tijd dat
kinderen nog niet werden gezien als rechtssubject en houders van individuele
rechten. De opstellers hadden kinderen niet in gedachten en kinderen werden
toentertijd gezien als dragers van specifieke rechten.
○ Daarom rechtspraak meest van belang.
○ IVRK werkt door in de rechtspraak van het EHRM.
○ Het kind heeft recht op omgang met eenieder die tot hem in nauwe persoonlijke
betrekking staat.
■ Het lezen van dagboek en gebruik maken van dit dagboek in
echtscheidingsprocedure is onrechtmatig en in strijd met 8 EVRM.
● Verhouding tot nationale wetgeving; artikel 93, 94 en 120.
Bepalingen uit IVRK en EVRM die naar hun inhoud eenieder kunnen binden, kunnen worden
ingeroepen ten overstaan van rechter en hebben daarmee voorrang (93 en 94 Gw).
Minderjarigheid (bij de geboorte, daarvoor en daarna)
Wie is minderjarig?
● 18 jaar (1:233) sinds 1988;
● Uitzondering: meerderjarigverklaring van minderjarige moeder voor of na de bevalling
(1:253ha).
● 1:2: kind wordt als reeds geboren aangemerkt zo dikwijls als zijn belang dit vordert:
V1: zwangerschap
V2: kind moet levend ter wereld komen
○ Erfrecht;
○ Kinderbeschermingsmaatregelen kunnen tijdens zwangerschap;
ondertoezichtstelling, uithuisplaatsing nog niet geboren baby of gezagsbeëindiging
nog voor de geboorte.
○ 1:2 ziet niet op abortus, zie hiervoor de Wet afbreking zwangerschap.
Als een kind met ernstige erfelijke afwijking wordt geboren, terwijl genetisch onderzoek ondanks
verzoek daartoe van ouders achterwege is gebleven, waardoor mogelijkheid de geboorte te
voorkomen niet aan de orde is gekomen, is ziekenhuis jegens ouders aansprakelijk voor kosten van
verzorging en opvoeding van kind tot 21e levensjaar.
Aangifte geboorte
● Krachtens 7 IVRK heeft ieder kind recht onmiddellijk na geboorte te worden geregistreerd. Zie
hiervoor 1:19e lid 6 BW. Het niet voldoen aan de aangifteplicht is strafbaar (448 Sr).
Mogelijkheid om onder bepaalde voorwaarden een zwangerschap af te breken, wordt niet in strijd
geacht met het recht op leven zoals neergelegd in 2 EVRM en 6 IVRK.
,Verzoek GI tot bekrachtiging van een aanwijzing aan een zwangere moeder, ter bescherming van het
belang van het ongeboren kind versterkt met dwangsom en lijfsdwang. Dat vormt een de inbreuk op
de fundamentele rechten van de moeder die alleen mogelijk is als het ongeboren kind “ een ander” is
in de zin van 8 lid 2 EVRM wiens belang bij bescherming van leven en gezondheid bij wet is
geregeld, zodanig dat die bescherming van leven en gezondheid bij wet is geregeld, zodanig dat die
bescherming een inbreuk op het privéleven en de lichamelijke integriteit van de moeder
rechtvaardigt;
Is “een ander” een ongeboren kind?
→ De vraag is of artikel 1:2 BW een wettelijke basis biedt om de belangen van de moeder
en het kind als gelijkwaardig te beschouwen, zodanig dat die belangen tegen elkaar
afgewogen mogen worden.
Artikel 1:2 strekt ertoe de vermogensrechtelijke aanspraken van de ongeborene te beschermen en
niet om andere niet-vermogensrechtelijke belangen, zoals bijvoorbeeld het recht op leven te
beschermen. Op basis hiervan kan niet worden afgeleid dat het ongeboren kind “een ander” is ex 8 lid
2.
Uit de rechtspraak van EHRM volgt verder dat artikel 2 EVRM het recht op leven beschermt, maar
niet het recht op leven van een foetus (Vo vs Frankrijk 8 juli 2004 EHRM): uitspraak over de
onvrijwillige abortus en het recht op leven. EHRM stelde vast dat het recht op leven ex 2 EVRM niet
zover strekt dat dit kan leiden tot het verplicht opnemen van strafrechtlijke vervolging van onvrijwillige
abortus.
Klaagster is 37-jarige (toen zwangere) vrouw waarbij een gynaecoloog per ongeluk een spiraaltje
wilde verwijderen, terwijl dit eigenlijk bij haar naamgenoot zou moeten op diezelfde dag. Abortus was
daardoor onvermijdelijk.
Het EHRM onderscheidt een moeder en haar ongeboren kind niet als twee afzonderlijke menselijke
levens die ieder als afzonderlijke persoon een gelijkwaardig recht op bescherming van het leven
hebben. De rechtspraak van het EHRM getuigt ervan dat, behoudens voor zover een lidstaat iets
anders bij wet heeft geregeld, het leven op leven alleen toekomt aan een persoon na de geboorte.
Artikel 1:2 geeft alleen al daardoor geen wettelijke basis.
Dit betekent dat een ongeboren kind op de voet van artikel 1:2 weliswaar als geboren kan worden
aangemerkt als het gaat om zijn vermogensrechtelijke aanspraken, maar dat deze bepaling geen
betekenis heeft buiten het vermogensrecht.
Andere opvatting?
Een niet niet-zuiver vermogensrechtelijk belang zoals belang bij een voorspoedige geboorte is wel
aangenomen in Rechtbank Haarlem 14 oktober 1966, NJ 1967/226. Een voorspoedige geboorte is
een belang van een ongeboren kind. Toewijzing van vordering in kort geding tot betaling van een
voorschot op hetgeen dit kind uit enkele nalatenschappen zal toekomen, ter bestrijding van de kosten
van de opneming van de in de behoeftige omstandigheden verkerende moeder in de kraamafdeling
van een ziekenhuis.
Ook is wel aangenomen dat het medisch en opvoedkundig belang van het ongeboren kind kan op de
voet van artikel 1:2 meebrengen dat de voorlopige voogdij wordt toegewezen aan de Stichting bureau
Jeugdzorg (Rechtbank Roermond 26 juni 2009, ECLI:NL:RBROE:2009:BJ0644).
Noot Vlaardingerbroek JPF/24: een opvatting dat ook immateriële belangen onder 1:2 kunnen vallen,
zonder verwijzing naar de bron.
, Rb. Noord-Nederland 5 december 2022, ECLI:NL:RBNNE:2022:4532: in deze uitspraak beslist de
rechtbank op verzoek van GI tot bekrachtiging van aanwijzing aan zwangere moeder, ter
bescherming van belang van het ongeboren kind. GI vraagt om dwangmiddel op te leggen, lijfsdwang,
om moeder te laten zien en te onderzoeken door een psychiater.
Dit maakt dat kinderbeschermingsmaatregelen genomen vóór de geboorte pas bescherming bieden
aan een kind ná zijn geboorte en dat kinderbeschermingsmaatregelen gericht op de
bescherming van het leven en de gezondheid van een ongeboren kind niet kunnen worden
genomen wanneer die maatregelen een door een moeder niet gewilde inbreuk met zich
brengen op haar privéleven en haar lichamelijke integriteit. Een andersluidende opvatting zou
overigens feitelijk ook geen enkel effect kunnen hebben, nu de WGBO en de Wvggz een ingreep
gericht op de bescherming van het leven of de gezondheid van het nog ongeboren kind uitsluiten als
de moeder daarmee niet instemt. Het voorgaande in onderling verband en samenhang beschouwd,
leidt tot de slotsom dat de schriftelijke aanwijzing niet kan worden bekrachtigd, omdat vanwege het
ontbreken van een wettelijke basis uitvoering daarvan tot een onaanvaardbare inbreuk op het
privéleven en de lichamelijke integriteit van de moeder leidt.
De rechter kan uit het artikel niet afleiden dat het ongeboren kind “een ander” is ex 8 lid 2 EVRM: “Het
kind waarvan een vrouw zwanger is wordt als reeds geboren aangemerkt, zo dikwijls zijn belang dit
vordert. Komt het dood ter wereld, dan wordt het geacht nooit te hebben bestaan”. 1:2 BW is gelet op
zijn ontstaansgeschiedenis, ertoe strekkende de vermogensrechtelijke aanspraken van de
ongeborene te beschermen en niet om andere niet-vermogensrechtelijke belangen zoals bijvoorbeeld
het recht op leven te beschermen.
1:2 geeft alleen al daardoor geen wettelijke basis om de belangen van de moeder en het kind als
gelijkwaardig te beschouwen, zodanig dat die belangen tegen elkaar afgewogen mogen worden, en,
wanneer in het licht van de concrete feiten en omstandigheden van het geval, het belang van het
ongeboren kind zwaarder weegt dan de belangen van de moeder bij bescherming van haar
privéleven en lichamelijke integriteit, een inbreuk op de rechten van de moeder mogelijk te maken.
In Vo vs Frankrijk is geoordeeld dat 2 EVRM het recht op leven beschermt, maar niet het recht op
leven van een foetus. Het onderscheidt een moeder en haar ongeboren kind niet als twee
afzonderlijke menselijke wezens die ieder als afzonderlijk persoon een gelijkwaardig recht op
bescherming van het leven hebben.
Vermogensrechtelijke aanspraken zijn bijvoorbeeld erfgenaamschap en schadevergoeding wegens
het derven van een levensonderhoud indien het kind postuum wordt geboren en een derde
aansprakelijk is voor de dood van de overleden ouder (6:108 lid 1 onderdeel a).
De naam
Verkrijging van geslachts- en voornaam
● Kind heeft recht vanaf geboorte op naam ex 7 IVRK
● Nieuwe wettelijke regeling 1:5 = ouders kunnen kiezen welke geslachtsnaam zij aan hun kind
meegeven.
● Nu wetsvoorstel dubbele geslachtsnaam.
Nationaliteit
Zie Rijkswet op Nederlanderschap
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nikkivanmook. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for R126,61. You're not tied to anything after your purchase.