100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
College aantekeningen Sociale en Emotionele Problemen R132,05   Add to cart

Class notes

College aantekeningen Sociale en Emotionele Problemen

 5 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Alle college slides uitgeschreven en aangevuld met informatie die de docent gaf tijdens het college.

Preview 4 out of 79  pages

  • March 20, 2024
  • 79
  • 2022/2023
  • Class notes
  • Dr. danique smeijers en dr. marleen van doorn
  • All classes
avatar-seller
Hoorcollege 1 - introductie
Afwijkend gedrag
Gedrag is afwijkend als het op een bepaald moment:
 Wel vertoond wordt, terwijl het niet in overeenstemming is met wat
volgens onze opvattingen gemiddeld en idealiter bij die ontwikkelingsfase
en de daarbij behorende ontwikkelingstaken behoort
 Niet vertoond wordt, terwijl dat volgens diezelfde opvattingen wel zou moeten
Wat normaal is kan verschillen per cultuur.

Gedrag als stoornis
Gedrag is een stoornis als het afwijkend gedrag is dat:
 Langdurig en niet meer situatie gebonden persisteert (het blijft bestaan)
 De overgang naar nieuwe ontwikkelingsfasen en –taken blokkeert
 Voor de persoon en zijn/haar omgeving aanzienlijk lijden oplevert
 Meestal in bepaalde combinaties van gedragingen/symptomen voorkomt en in
andere niet

Ontwikkelingspsychopathologie
Het probeert vragen te beantwoorden zoals/ kenmerken van het perspectief:
 Verband tussen gewone ontwikkeling en psychopathologie (stoornissen)
- Wanneer gaat niet-pathologie over in pathologie? (hoe is het verloop)
- Men kan bewegen tussen pathologisch en niet-pathologisch (het is niet zo dat iemand
die afwijkend gedrag vertoont dit altijd zo blijft)
 Verband tussen een vroege stoornis met de latere ontwikkeling
 Verband tussen een gebeurtenis in de vroege ontwikkeling met een latere stoornis
 Verband tussen een vroege stoornis met een latere stoornis
 Effect van een stoornis op het verloop van de huidige ontwikkeling
 Effect van ontwikkeling op de uitingsvorm van een stoornis
Kenmerkend is: het is ook gericht op de normale ontwikkeling. Hoe beter je dit begrijpt, hoe
beter je begrijpt dat iets afwijkend is.

Epidemiologie
 Centrale vraag: hoeveel kinderen in de populatie hebben deze problemen?
Prevalentie: het aantal bestaande gevallen met een specifiek ziektebeeld in een bepaalde
periode
Incidentie: aantal nieuwe gevallen met een specifiek ziektebeeld in een bepaalde periode
Reccurrence: mensen die herstellen, maar op nieuw
problemen krijgen
Mortality: Mensen die blijvend herstellen en uitstromen
Er wordt bij de epidemiologie ook gekeken naar de
verhouding jongens-meisjes, de verdeling over de levensloop
(verschillen in leeftijdsgroepen) en ze kijken naar de
beginleeftijd van de problematiek

,Etiologie
Factoren die het gezondheidsprobleem “veroorzaken”/ ontstaan
 Predisponerende factoren: factoren die ervoor zorgen dat het kind vatbaarder worden
(genetisch, lage intelligentie, impulsief, hechting)
 In standhoudende factoren: factoren die ervoor kunnen zorgen dat als er
psychologische problematiek aanwezig is, dat die blijft bestaan (sociale netwerk en
specifieke factoren van familie en ouders, behandelsysteem, hoeveel steun er is van
de omgeving heeft invloed op de ontwikkeling van het probleem).
 Uitlokkende factoren: voorafgaand plaatsvinden aan de problematiek, dat zorgt
ervoor dat de problematiek wordt getriggert (live events, traumatische ervaringen,
ouders scheiden, misbruik)

Het type factor kan verschillen per context en per individu.

Deze factoren kun je onderscheiden in persoonlijk niveau v.s. de context en daarbinnen kun
je ook weer onderscheid maken tussen biologische en
psychologische factoren, maar ook ouder-kind relatie
Factoren die beschermen, beschermende factoren
 Kunnen ontwikkeling van psychologische
problemen (afwijkend gedrag) voorkomen
 Kunnen het effect van risico factoren verminderen
 Karakteriseren kinderen met veerkracht.
Ook hier wordt onderscheid gemaakt tussen individuele
en context facoren (veilige hechting, hoog iq, support
vanuit thuis, steun van vrienden)
 We kunnen er eigenlijk niet vanuit gaan dat het
een het andere veroorzaakt. Er is zelfden sprake
van causaliteit (veroorzaken kunnen we niet
zeggen).
 Zelden is er 1 enkele factor de oorzaak. Je kijkt
naar het complete plaatje van de factoren die
aanwezig zijn. Je kijkt naar de interactie
 Er is altijd interactie tussen individu en omgeving.
Je kijkt naar het hele systeem

,Classificeren van probleemgedrag
We kunnen classificeren door te kijken naar symptomen.
Symptoom: de kleinst beschrijfbare onderzoekseenheid in de
geneeskunde/psychopathologie en te beschouwen als ziektebeeld.
 Hoofdsymptomen: dit geeft richting aan de pathologie. Deze hebben voor de
diagnose een directe oriënterende functie = meest kenmerkende van de vorm van
pathologie
 Bijsymptomen: maken het beeld van de stoornis volledig (inclusief het
hoofdsymptoom) zonder uit zichzelf direct richtinggevend te zijn voor de diagnose

Zonder een hoofdsymptoom kunnen we niet spreken van een stoornis.

Syndroom: een groep van (dikwijls) tezamen optredende symptomen.

Stoornis: afwijkend gedrag, langdurig, niet situatie gebonden, klinisch significant lijden,
belemmering op sociale, beroepsmatige of andere belangrijke levensgebieden en meestal in
bepaalde combinaties van gedragingen/symptomen.

Doel van classificeren
Vooral gericht op professionals:
 Het faciliteert expert kennis + ontwikkeling van epidemiologische informatie
 Efficiëntie, samenvatting
 Bevordert communicatie tussen professionals + evidence-based behandeling
 Aansluiting vinden bij verklarings- en behandeling theorieën in de wetenschappelijke
literatuur

Classificeren is niet hetzelfde als diagnose stellen

Classificeren = criteria checken of iemand aan de stoornis voldoet  dit is behulpzaam voor
communicatie bijvoorbeeld.
Voor een diagnose heb je meer nodig.

Doel classificeren: clinici ondersteunen bij het classificeren als onderdeel van een
diagnostische beschrijving (op basis van klinische blik, info van omgeving en risicofactoren)
die moet leiden tot een individu gericht behandelplan.

Je kunt op verschillende manieren categoriseren:
 Categoriaal
- DSM 5 ( Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders)
- ICD-10
- DC 0-3R
 Dimensionaal
- Aseba schalen (Achenbach’s System for Empirically Based Assessment)
- SDQ (Strengths and Difficulties Questionnaire)
- RDoC (Research Domain Criteria)

, DSM-5
De DSM is opgebouwd uit 5 assen:
 AS I: Klinische stoornis
 AS II: Persoonlijkheidsstoornissen (niet meer van
voorbijgaande aard) + zwakzinnigheid
 AS III: Somatische aandoeningen
 AS IV: Psychosociale + omgevingsproblemen
(geldproblemen bv)
 AS V: Algehele beoordeling van het functioneren (GAF) (hoe hoger GAF hoe beter hij
functioneert)

Hoe stel je de DSM-classificatie:
 Klinische blik (meer ervaring, hoe meer hij criteria kan herkennen)
 Semi-gestructureerde interviews die specifiek criteria per stoornis uitvragen)
 Observaties
 Meerdere bronnen (kind, ouder, school)

De context/ systeem
Binnen de ontwikkelingspsychopathologie:
Kunnen individuen en hun gedrag kan niet los worden
gezien van de context waarin zij zich
ontwikkelen.

Bij het kind met afwijkend gedrag, kijk je naar:
 De geschiedenis van het individu
 Zijn relationele context (ouders, peer)
 Zijn schoolcontext, buurt, cultuur

De context is dus ook bepalend wanneer we iets wel of niet
afwijkend vinden

DIS
 De vaardigheid om te dissociëren is een adaptief response
 Actieve dissociatie is een prestatie
 Wordt complexer en krachtiger tijdens de adolescentie
 Omgeving heeft invloed op het ontstaan.

Het effect van de behandeling hangt af van de omgeving:
 Kind karakteristieken
 Familie factoren: staan ze open voor de behandeling, hoe steunen ze, werken ze
mee?
 Professionele netwerk
 Behandel systeem



Stemming

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying this summary from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller demisoers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy this summary for R132,05. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy summaries for 14 years now

Start selling
R132,05  1x  sold
  • (0)
  Buy now