100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting pedagogiek en filosofie 1.1 R116,55   Add to cart

Summary

Samenvatting pedagogiek en filosofie 1.1

 12 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Pedagogiek jaar 1 blok 1, 29 bladzijdes. Onderwerpen zijn: soorten vragen, opvoedingsmilieus, pedagogische visie, pedagogische principes, zwarte en witte legende, geschiedenis, Erasmus, Locke, Rousseau, Kant, Berlin, Aristoteles, Seneca, Plato, verschillende modellen (Bronfenbrenner, Belsky, Samero...

[Show more]

Preview 3 out of 29  pages

  • April 4, 2024
  • 29
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting pedagogiek en filosofie toets – 31-10-22
Soorten vragen:
1. Feitelijke vragen -> wat?
Waarnemen met zintuigen, antw is waar of onwaar, descriptief (beschrijving van
een feit)
2. Technische vragen -> hoe?
Instructie, antw is handelingsrecept, gebaseerd op
ervaring/intuïtie/wetenschappelijk onderzoek
3. Filosofische en ethische vragen -> waarom/waartoe?
Antw kan je niet bewijzen, geen definitief antw -> roept nieuwe vragen op
(sceptische opvatting)
Vanzelfsprekendheden doorbreken, prescriptief (wat de mens zou moeten zijn)
Normatief beroep: normen/waarden -> geen objectieve waarheid
Twijfelen/schipperen/dilemma’s kan waardevol zijn:
- Morele gevoeligheid (aanvoelen van goed/kwaad)
- Keuzemogelijkheden en onderbouwing (waarom wel én waarom niet)
- Erkenning complexiteit (begrijpen dat het lastig is) en verschillende
perspectieven
Wat is een goed leven?
- Goed leven is geluk
- Hedonisten: goed leven is genot (geluk is langdurig, genot is kortstondig)
- Goed leven is succesvol (tijgermoeders) -> discipline meegeven, veel trainen
(tegenovergestelde van geluk)
- Stoïcisme: goed leven kent geen storende emoties, vrede in onszelf
(gemoedsrust)
- Goed leven is sociaal, behoren tot bepaalde gemeenschap (verbonden met
anderen)
- Goed leven is politiek/activistisch (zorgen voor de wereld om je heen)
Opvoeding = bepaalde vorm van omgang tussen volwassenen en jeugdigen die erop
gericht is steun en richting te geven aan het proces van volwassenwording. Doel =
zelfstandigheid, zelfredzaamheid
- Cultuurpedagogische kwestie: wat is het ‘goede’ uit onze cultuur dat we aan de
volgende generatie willen overdragen?




1

,Opvoedingsmilieus:
1. Primair – gezin
Veranderingen: structuur; werkende moeder is normaal geworden,
onderhandelingshuishouding; andere gezagsverhoudingen tussen ouders/ouder
en kind, echtscheidingen, eenoudergezin
2. Secundair – school, kdv, gastouder (beroepsopvoeders)
Relaties ontwikkelen, conflicten, kennis opdoen, taal, cultuur, normen en
waarden
3. Tertiair – buurt, vrienden, leeftijdsgenoten (peergroup)
Jeugdcultuur: bep. Muziekvoorkeur, kleding, culturele en politieke idealen ->
maatschappelijke veranderingen
4. Quartair – multimediale wereld (internet, social media, telefoon, tv, games)
Sturing/begeleiding nodig
Pedagogische visie
Kindbeeld – kinderen in het algemeen (wat is/wil/kan een kind? Welke behoeften heeft
een kind?)
- Als object zien: kind heeft geen eigen inbreng, luisteren naar wat de opvoeder wil
- Als subject zien: kind is volwaardig persoon, eigen wil/persoonlijkheid, rekening
mee houden
 Continuüm, verschilt per levensfase
Beeld vd opvoeder en pedagogische relatie
- Hangt samen met kindbeeld; als object zien -> autoritaire opvoeder
(beeldhouwer), als subject zien -> zaadje planten die zorg nodig heeft (tuinier)
Opvoedingsdoelen:
- Formuleren in eindtermen: wat kinderen moeten kunnen/weten/kennen
- Bepaald door cultuurhistorische context
- Kinderen leren zich in de maatschappij te handhaven: rekening houden, voor
zichzelf opkomen, aanpassen, verantwoordelijkheid
- Zichzelf ontplooien; mogelijkheden/kwaliteiten ontwikkelen, zichzelf zijn, zelf
beslissingen nemen
- Ontwikkelen van eigen identiteit
Opvoedingsmiddelen:
- Intentioneel/bewust proces om doelen te halen
- Bv: aandacht geven, kinderen geruststellen, stimuleren om risico’s te nemen
(kinderen worden soms over-beschermd)
- Straffen en belonen
- Regels stellen (en handhaven) – grenzen bieden veiligheid
- Onderhandelen (afhankelijk van context, moment)
- Voorleesboekjes, tv-programma’s, apps, spelletjes (omgaan met verliezen)



2

, Historische ontwikkeling van opvoedingsmiddelen:
- Tot 19e eeuw: dwang, onderdrukking, slaan
- Vanaf 19e eeuw: veel minder dwang, meer aandacht voor in gesprek gaan met
kinderen (de wereld uitleggen, zelf het goede voorbeeld geven), liefdevollere
opvoeding (gevoel, inleven in belevingswereld van het kind, intuïtie)
Opvoedingsvoorwaarden (= omstandigheden die opvoeders creëren om opvoeding
mogelijk te maken):
- Veilig voelen: kan op de opvoeder rekenen, acceptatie, steun, grenzen en regels
stellen
- Liefde en warmte geven, intimiteit
- Verzorging
- Opvoedingsrelatie: wederzijdse betrokkenheid en respect, ongelijke verdeling
verantwoordelijkheid
- Authenciteit/echtheid
 Uitdaging: het kind loslaten, risico’s nemen, ervaringen opdoen
Pedagogische principes – regulatieve principes (= niet wetenschappelijk bewezen):
1. Opvoedingsprincipe: alle kinderen zijn op opvoeding aangewezen (hebben
opvoeding nodig) om zich te kunnen ontwikkelen
2. Vormbaarheidsprincipe: alle kinderen hebben het vermogen in zich om zich te
kunnen ontwikkelen
3. Activiteitsprincipe: kinderen willen dmv hun eigen activiteit bijdragen aan hun
ontwikkeling (kind is subject met eigen behoeftes, wensen, verlangens)
3 samenhangende pedagogische thema’s (18e eeuw):
1. Individualiteit: erkenning vd eigenheid van het kind
2. Activiteit: opdoen van ervaringen dmv zintuigen
3. Dialoog: gesprekken opvoeders-kinderen over ervaringen
Gezinshistorische benaderingen:
- Demografische benadering: kwantitatieve gegevens (gezinssamenstelling,
huwelijksvorming, geboorte, sterfte)
- Affectieve benadering: kwalitatieve bronnen (bv dagboek, kleding) -> gedrag,
beleving, motieven
- Historische maatschappijwetenschappen: sociaaleconomische, cultuur-
maatschappelijke en technologische ontwikkelingen




3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying this summary from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller femkeveenstra. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy this summary for R116,55. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

77254 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy summaries for 14 years now

Start selling
R116,55
  • (0)
  Buy now