Uitgebreide samenvatting en werkgroep uitwerkingen + tentamenvragen Erfrecht I
oefenmateriaal erfrecht 2 vu
All for this textbook (9)
Written for
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Notarieel Recht
Erfrecht I (R_ERFRECHT)
All documents for this subject (8)
Seller
Follow
notarieelstudentvu
Reviews received
Content preview
(her)tentamen Erfrecht I 20 december 2021
Opdracht 1 (11 punten)
Willem overlijdt op 20 december 2021. Op die dag was hij bezig met de herkansing Erfrecht I toen hij
plotseling besefte dat hij niet goed voorbereid was op het tentamen. Hij heeft de voorgeschreven
literatuur niet gelezen. Hij overlijdt ter plekke aan een hartaanval.
In zijn testament heeft hij zijn vriendin Máxima tot zijn enige erfgenaam benoemd (ze zijn niet
getrouwd en wonen niet samen). Verder legateert hij € 500 aan de Notariële stichting en € 500 aan
zijn broer Coen. De nalatenschap van Willem bestaat uit een bankrekening bij de Rabobank (€ 2.000)
en zijn studieschuld (€ 1.500). Twee jaar vóór zijn overlijden heeft hij € 1.000 geschonken aan de
studievereniging VIVA. Maxima aanvaardt de nalatenschap zuiver.
Werk goed gemotiveerd uit of Maxima het tekort van de nalatenschap wel of juist niet met eigen
middelen moeten voldoen. Betrek in uw antwoord de rechtspositie van alle bovengenoemde
(rechts)personen.
● Tekort: 500. (1)
● Art. 4:120 lid 1 BW: legaten worden als laatste voldaan. (1)
● Art. 4:120 lid 2 BW: nalatenschap niet toereikend, dus legaten verminderen. (1)
● Art. 4:120 lid 3: vermindering naar evenredigheid. (2)
● Legatarissen houden dit over na vermindering: 1.000 – 500 = 500. 500/2 = 250. (2)
● Op grond van art. 4:120 lid 5 BW blijft Máxima ondanks de vermindering aansprakelijk met
haar eigen vermogen voor het tekort, omdat zij zuiver heeft aanvaard. (1)
● De Notariële stichting en Coen kunnen Maxima aanspreken en zich verhalen op haar privé
vermogen. (1)
● Giften worden niet verminderd, zie art. 4:120. (2)
Opdracht 2 (19 punten)
Achmed en Bea zijn gehuwd buiten gemeenschap van goederen en hebben geen afstammelingen.
Achmed heeft in zijn testament een tweetrapsmaking opgenomen. Bea is tot erfgenaam benoemd.
Verder heeft Achmed bepaald dat de erfstelling van Bea aan zijn neef Cees zal toekomen indien Bea
voor Cees komt te overlijden. Achmed sterft op 1 januari 2018. Bea en Cees aanvaarden zijn
nalatenschap. Tot de nalatenschap van Achmed behoort een geldvordering van € 150.000 op een
zakenpartner die drie procent rente per jaar opbrengt. De geldvordering is niet opeisbaar voor 2022,
de verschenen rente is maandelijks opeisbaar.
1
, a) Bespreek uitvoerig welke rol de inhoud van het testament van Achmed speelt bij de vraag of
Bea de geldvordering aan een derde kan vervreemden. Hoe relevant is het feit dat de naam
van de verwachter wordt aangegeven in het testament? ( 9 punten)
● Bea is erfgenaam onder een ontbindende voorwaarde. (1)
● Cees is erfgenaam onder een opschortende voorwaarde. (1)
● Bea kan beschikken over de goederen in de nalatenschap van Achmed, maar in
beginsel onder een ontbindende voorwaarde. (2)
o Zie art. 4:138 lid 2 BW. (1)
● Bea zou onvoorwaardelijk kunnen beschikken over alle goederen van de
nalatenschap, indien Achmed in zijn testament zou bepalen dat zij daartoe bevoegd
is. (2)
● Was er in het testament geen aansluitende verkrijging onder een opschortende
voorwaarde opgenomen, dan was de hoofdregel geweest dat Bea bevoegd was om
onvoorwaardelijk te vervreemden. (1)
● Zie 4:138 lid 3 BW. (1)
b) Op 31 december 2019 overlijdt vervolgens Bea terwijl Cees in leven is. In haar testament heeft
zij het Rode Kruis tot enige erfgenaam benoemd. Bea heeft de verschenen rente niet verteerd
en heeft nooit beschikt over de hiervoor genoemde vordering op de zakenpartner van
Achmed. Analyseer in uw eigen woorden wie vandaag gerechtigd is tot deze geldvordering en
tot de rente over de betreffende geldvordering. Besteed in uw analyse expliciet aandacht aan
de rente over de periode 2018-2019 en over de periode 2020-heden. (10 punten)
● Art. 4:138 lid 2: de regels van vruchtgebruik zijn van
overeenkomstige toepassing. (1)
● Art. 3:216 BW is van toepassing. (1)
● Rente = vrucht. (1)
● Periode 2018-2019: De rente komt toe aan de bezwaarde (Bea). (1)
● De rente van periode 2018-2019 komt nu dus toe aan erfgenaam van Bea, het Rode
Kruis. (2)
● Door het overlijden van Bea is Cees onvoorwaardelijk gerechtigd geworden tot de
geldvordering. (2)
● De rente in de periode 2020-heden komt aan Cees toe. (2)
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller notarieelstudentvu. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for R159,02. You're not tied to anything after your purchase.