100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting hoorcolleges en artikelen Social and Institutional Change R152,74   Add to cart

Summary

Samenvatting hoorcolleges en artikelen Social and Institutional Change

1 review
 314 views  44 purchases
  • Course
  • Institution

Dit is een Nederlandse samenvatting van de tentamenstof voor het vak Social and Institutional Change, zoals dat gegeven wordt in het tweede jaar van de Bachelor Sociologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Het betreft een samenvatting van alle gegeven hoorcolleges en de bijbehorende artikelen. De...

[Show more]
Last document update: 4 year ago

Preview 3 out of 54  pages

  • October 31, 2020
  • November 2, 2020
  • 54
  • 2020/2021
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: milliej • 3 year ago

avatar-seller
Social and Institutional Change
Hoorcollege 1. Introductie
De wereld is constant onderhevig aan veranderingen. We worden steeds digitaler, geboortecijfers
nemer toe, migratie neemt toe en wordt steeds diverser, et cetera. Deze veranderingen brengen een
aantal vragen met zich mee. Waarom vinden deze veranderingen plaats? Wat zijn de consequenties
voor een individu en hoe kunnen we deze veranderingen reguleren?

Douglas North formuleert een typische sociologische verklaring die naar instituties wijst. Volgens
hem zijn instituties de regels van het spel in een samenleving of, formeler, de door mensen bedachte
beperkingen die menselijke interactie vormen. Instituties zijn dus regels, zoals sancties, taboes,
gebruiken, tradities, grondwetten, et cetera. Ze zijn bedacht door mensen en creëren beperkingen
voor de besluitvorming van individuen. Dat wil zeggen dat instituties bepaald gedrag ‘duurder’
maken, wat de rationele besluitvorming beïnvloedt. Instituties bestrijden onzekerheid, door een
bepaalde structuur aan te brengen in het dagelijks leven. Er wordt onderscheid gemaakt tussen:
- Informele instituties ; regulatie van gedrag op basis van sociaal gedeelde regels. Ze zijn niet
geschreven en worden ook niet gedwongen opgelegd door instellingen die sancties op kunnen
leggen, zoals de overheid zou kunnen doen. Een goed voorbeeld zijn normen.
- Formele instituties ; officiële regels, opgeschreven in een wet of contract en opgelegd door de
staat. Voorbeelden zijn wetten en constituties.

Hoorcollege 2. Het micro-macro probleem
Literatuur: Schelling, Thomas C. (1969) "Models of segregation." The American Economic Review
59(2). 488-493.

De sociologie
In 1838 werd de discipline van sociologie gedefinieerd door Auguste Comte. Hij wordt gezien als de
grondlegger van de sociologie, ondanks dat hij maar weinig met het sociale werkveld te maken had.
Het was Émile Durkheim die de eerste professor van de sociologie was. Hij stelde dat de sociologie
geen hulpmiddel is van een andere wetenschap, maar op zichzelf een aparte en autonome
wetenschap is. Hij definieerde sociologie als de wetenschap die sociale feiten bestudeerd. Een
sociaal feit is volgend Durkheim een waarneembaar collectief sociaal verschijnsel, wat buiten het
individu omgaat. Een sociaal feit heeft echter wel een dwingend karakter over het individu. Sociale
feiten mogen volgens Durkheim alleen vanuit andere sociale feiten worden verklaard en niet vanuit
het individu. Het geheel van alle sociale feiten kenmerkt de collectiviteit: de maatschappij.

Er wordt vaker naar sociale feiten gerefereerd als macro-fenomenen. Deze fenomenen komen voort
uit aggregatie van individuele acties. Typische voorbeelden van sociale feiten/macro fenomenen zijn
normen, sociale bewegingen, segregatie, geboortecijfers, ongelijkheid en de pandemie.

Het belang van sociologie
Mensen vragen zich soms af waarom de sociale wetenschappen nodig zijn. Sociale collectiviteiten
bestaan notabene uit individuen en hun acties, waarom hebbe we dan een aparte studie nodig om
deze sociale collectiviteiten te kunnen begrijpen?
Volgens Durkheim zijn de sociale wetenschappen belangrijk en nodig, omdat : ‘the whole does not
equal the sum of its parts’. Hiermee bedoelt hij dat het geheel van een sociale situatie niet gelijk is
aan alle aparte onderdelen en acties die dit sociale geheel vormen en veroorzaken. De psychologie
kijkt naar deze kleine aparte onderdelen van het geheel, het individu, maar volgens Durkheim
kunnen sociale fenomenen niet enkel verklaard worden vanuit het individu. Ook al wordt het gedrag

,van het individu nog zo goed begrepen, dit zou niet genoeg zijn om collectieve fenomenen te kunnen
verklaren en begrijpen.

Durkheim hanteert de structurele benadering van de sociologie: collectieve fenomenen kunnen en
mogen alleen verklaard worden door middel van andere collectieve fenomenen.

The Structural-Individualistic research Program (SIP)
SIP levert kritiek op de structurele benadering van de
sociologie. SIP stelt dat collectieve fenomenen kunnen en
verklaard zouden moeten worden door te kijken naar het
micro-niveau. De benadering van SIP is voornamelijk
gebaseerd op het werk van George Homans. Het basis
model wat bij deze benadering hoort, is de Coleman Boat.

De Coleman Boat is bekritiseerd vanwege diens zogenoemde “representative-agent approach”. Er
zouden twee problemen mee zijn:
- Het lijkt te suggereren dat alle individuen zich op dezelfde manier gedragen en op dezelfde
manier beslissingen nemen.
- Er wordt vanuit gegaan dat er geen sprake is van interactie en dat individuen in volledige isolatie
handelen, zonder dat zij dus door anderen beïnvloed worden.
Echter beïnvloeden individuen elkaar wel degelijk. Mensen communiceren met elkaar en laten hun
beslissingen en meningen door andere mensen beïnvloeden. Zo bleek uit onderzoek van Opp en
Gern dat individuen elkaars politieke protest gedrag beïnvloeden.

Emergent phenomena
Ook al stelt SIP dus dat collectieve verschijnselen kunnen worden teruggebracht tot het gedrag van
individuen, het zou toch waar kunnen blijven dat het geheel meer is dan de som der delen zoals
Durkheim stelde. We zien namelijk in de praktijk dat veel collectieve verschijnselen onbedoeld zijn en
zich verder kunnen ontwikkelen, ondanks dat individuen dit proberen te voorkomen of helemaal niet
de intentie hebben om bepaalde situaties te creëren.
Collectieve verschijnselen die onbedoeld zijn in die zin dat individuen niet bewust een poging doen om
deze verschijnselen te creëren, worden “Emergent Phenomena” genoemd (opkomende
verschijnselen). Ze bestaan uit 2 ingrediënten:
- Systeem heeft een micro-macro structuur
- Entiteiten op micro-niveau zijn onderling afhankelijk van elkaar

Deze fenomenen zijn dus in principe altijd onbedoeld, maar dat wil niet zeggen dat ze ook ongewild
zijn. Het kan ook voor positieve situaties zorgen waar mensen wel blij mee zijn.
In tegenstelling tot wat SIP dus beweert, interacteren individuen dus wel met elkaar, wat hen
onderling afhankelijk van elkaar maakt.

Emergence: segregatie
Een goed voorbeeld van een ‘emergence phenomena’ is segregatie van woonwijken op basis van ras,
zoals beschreven wordt in het artikel van Schelling. Mensen worden al voor een hele lange tijd van
elkaar afgezonderd en onderscheiden. Dit kan op basis van ras zijn, maar ook op basis van sekse,
inkomen, taal, et cetera. Sommige vormen van segregatie zijn georganiseerd, andere economisch
bepaald. Dit paper gaat over de segregatie dat het gevolg kan zijn van discriminerende individuele
keuzes.

Individuen kunnen keuzes maken, zonder dat zij zich ervan bewust zijn dat zij aan bepaalde
geaggregeerde resultaten bijdragen. Als allemaal individuele keuzes samenkomen, leidt dit tot

, situaties en uitkomsten die niet altijd bedoeld zijn. In sommige gevallen kunnen al deze kleine
prikkels dus tot opvallende resultaten leiden. Schelling vermoedt dat het samenspel van individuele
keuzes een complex systeem is met collectieve resultaten, die geen nauwe relatie hebben met de
intenties van de betrokken individuen. Situaties komen dus tot stand, zonder dat mensen de intentie
hebben voor het ontstaan van zo’n bepaalde situatie.

In sommige gevallen zorgt deze zogenoemde ‘onzichtbare hand’ voor sociaal efficiënte situaties die
de individuele voorkeuren van mensen bevredigen, ondanks dat dit onvoorzien en onbedoeld is.
Echter zijn er ook vele fenomenen te noemen die ontstaan zijn door deze onzichtbare hand, die geen
enkel universeel verlangen behartigen. Denk bijvoorbeeld aan economische depressie met lagere
inkomens, of inflatie met het stijgen van prijzen.

Als je op de demografische kaart van Amerika kijkt is het makkelijk om woonwijken te vinden die
allemaal of bijna allemaal wit zijn, of woonwijken die allemaal of bijna allemaal zwart zijn. Het is
daarentegen erg lastig om plekken te vinden waar noch blanken, noch niet-blanken minder dan ¾
van de gehele bevolking van de woonwijk beslaan. Het is als het ware een keuze tussen twee
uitersten: een blanke of een zwarte wijk, er zit eigenlijk niets tussenin.

Oorzaak van segregatie
Op zoek naar een verklaring: waarom zijn er maar twee uitersten en is er zoveel sprake van
segregatie? In vele gevallen zijn het de mensen zelf die toch bepaalde voorkeuren hebben. We
kunnen spreken van bepaalde blokken, of dit nou gaan om een woonwijk of een hockeyteam. Vaak is
het zo dat de cijfers en verhoudingen, bijvoorbeeld wat betreft kleur of geslacht, ertoe doen voor de
mensen die het ‘blok’ binnenkomen of verlaten.

Er geldt dat binnen bepaalde grenzen niet beide groepen, of het nou gaat om kleur of geslacht,
superioriteit kunnen genieten. Als iedereen erop staat om een lokale meerderheid te zijn, is er maar
één manier waarop dit kan: volledige segregatie.

Er zijn verschillende mechanismen waardoor zwarten en blanken gescheiden kunnen raken door
individuele keuzes. Zo zou het kunnen dat blanken zich graag onder blanken bevinden en zwarten
onder zwarten. Blanken vermijden zwarten en zwarten vermijden blanken. Het zou ook kunnen dat
blanken de voorkeur geven aan blank gezelschap, terwijl het zwarte mensen niks uit maakt. Ook kan
segregatie voorkomen als blanken het zich kunnen veroorloven om te leven, te eten of ergens bij te
horen waar zwarten het zich niet kunnen veroorloven.

Blanken en zwarten zouden elkaar aanwezigheid niet erg kunnen vinden en zelfs de voorkeur kunnen
geven aan enige integratie, maar als zij bepaalde grenzen stellen aan in welke mate zij in de
minderheid willen zijn zal er alsnog segregatie ontstaan. Het zal namelijk nog steeds voorkomen dat
er binnen een groep een subgroep is die sterker in de minderheid zijn dan dat zij wensen. Deze groep
zal deze minderheidsleden verliezen en alsnog uit één kleur of één geslacht bestaan. De
minderheidsleden die uit de groep weg gaan kunnen verhuizen naar een plek waar zij wel een
meerderheid kunnen vormen. Daar zullen zij de al heersende meerderheid vergroten, waardoor de
andere subgroep nog sterker in minderheid is. Ook in deze groep zal de minderheid vertrekken,
waardoor er alsnog volledige segregatie ontstaat.

Als er dus enige beperkingen zijn aan de minderheidsstatus die beide kleuren kunnen verdragen zal
er volledige segregatie optreden. Niemand zal verhuizen naar een gebied dat wordt gedomineerd
door een andere kleur. In deze situatie is volledige segregatie een stabiel evenwicht.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through EFT, credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying this summary from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller cadeboer. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy this summary for R152,74. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

79271 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy summaries for 14 years now

Start selling
R152,74  44x  sold
  • (1)
  Buy now