privaatrecht / civiele recht = recht dat zich richt op de rechtsverhoudingen tussen burgers
onderling (horizontale verhouding)
↳ formeel privaatrecht = het burgerlijk procesrecht
↳ materieel privaatrecht = burgerlijk recht + handelsrecht
↳ vermogensrecht = de op geld waardeerbare rechten en plichten van rechtssubjecten
↳ subjectieve vermogensrechten zijn overdraagbaar
↳ regels van vermogensrecht zijn niet dwingend voorgeschreven: partijen mogen
zelf afspraken maken
↳ personen- en familierecht
↳ rechten zijn niet op geld waardeerbaar
↳ rechten zijn niet overdraagbaar
↳ partijen kunnen in het algemeen niet afwijken van de wettelijke regeling
↳ internationaal privaatrecht / conflictenrecht = bijzonder rechtsgebied met regels die
bepalen welk nationaal recht moet worden toegepast
publiekrecht = recht dat zich richt op de rechtsverhoudingen tussen overheidsinstanties
onderling of de rechtsverhouding tussen de overheid en burgers (verticale verhouding)
↳ richt op de organisatie van de staat en de zorg voor algemene belangen
↳ staatsrecht = recht over de organisatie van de staat
↳ bestuursrecht = recht over de ordening van de relatie tussen het bestuur en burger, de
ruimtelijke ordening, onderwijs en sociale verzekeringen
↳ strafrecht = recht voor de gevallen waarin de overheid bij schending van een wettelijke
bepaling een sanctie kan toepassen
↳ formeel strafrecht = recht met regels omtrent het strafproces
↳ materieel strafrecht = recht dat bepaald welke gedragingen strafbaar zijn en welke
sancties daarop worden toegepast
↳ sanctietoepassing door de overheid wordt gerechtvaardigd
↳ afschrikking van de dader en van anderen (speciale/generale preventie)
↳ vergelding van de schuld van de dader
↳ bescherming/beveiliging van algemeen waarden en belangen
↳ internationaal publiekrecht / volkenrecht = regels die de verhouding tussen staten onderling
regelen
4 criteria voor onderscheid privaatrecht en publiekrecht:
↳ onderscheid ingewikkeld: overheidsorganen moeten in privaatrechtelijke rechtsverhoudingen
vaak toch ook volgens andere publiekrechtelijke maatstaven handelen en worden daaraan ook
door de rechter aan gehouden
1. de aard van de betrokken partij
↳ 2 burgers: rechtsverhouding is privaatrechtelijk van aard
2. de aard van het te beschermen belang
↳ geen algemeen belang: privaatrechtelijke rechtsverhouding
↳ wel algemeen belang: publiekrechtelijke rechtsverhouding
3. het initiatief tot handhaving van het recht
↳ bij het niet nakomen van een privaatrechtelijke overeenkomst door 1 van de partijen,
zal de andere partij zelf het initiatief moeten nemen zonder inmenging van politie
4. de middelen tot rechtshandhaving
↳ publiekrecht: middelen tot handhaving zijn voorbehouden aan de overheid
↳ privaatrechtelijke middelen zijn minder verstrekkend
functionele rechtsgebieden = rechtsgebieden die niet binnen ofwel het privaatrecht ofwel het
publiekrecht vallen, maar op basis van een bepaald onderwerp/werkterrein bij elkaar horen
↳ vervullen op hetzelfde maatschappelijke werkterrein een functie
↳ bijvoorbeeld: arbeidsrecht, milieurecht en gezondheidsrecht
,objectief recht / positieve recht = alle rechtsregels die op een bepaald moment op een
bepaalde plaats van toepassing zijn: regels die in Nederland op dit moment gelden
subjectief recht = rechten die rechtssubjecten ontlenen aan het objectief recht
↳ tegenover het subjectief van het ene rechtssubject staan de plichten van andere rechtssubject
dwingend recht = rechten waarvan niet mag worden afgeweken: zelfs niet wanneer er een
overeenkomst over is gemaakt
↳ publiekrecht bevat vrijwel alleen dwingend recht
↳ wetgever acht deze regels van belang voor het algemeen belang
regelend recht / aanvullend recht = rechten waarvan wel mag worden afgeweken
↳ duidelijkheid te scheppen en onenigheid te voorkomen in allerlei situaties waarvan de betrokken
partijen de gevolgen niet tevoren hebben kunnen overzien
↳ partijen zijn zelf in staat hun afspraken vorm te geven
↳ als partijen geen afspraken hebben gemaakt waarmee zij van de regels afwijken, geldt het
regelend recht voor hun rechtsverhouding
legaliteitsbeginsel
↳ art. 16 Gw: geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgegane wettelijke
strafbepaling
↳ materiële legaliteitsbeginsel (art. 1 lid 1 Sr): geen feit is strafbaar dan uit kracht van een
daaraan voorafgegane wettelijke strafbepaling
↳ gaat over de inhoud van de straffen
↳ formele legaliteitsbeginsel (art. 1 Sv): strafvordering heeft alleen plaats op de wijze bij de
wet voorzien
↳ het strafproces: bij strafvordering, opsporing en vervolging van strafbare feiten is de
overheid gebonden aan het recht omdat de vrijheid van de verdachte wordt beperkt
↳ ‘bij de wet’: is gemaakt door de formele wetgever
↳ trias politica: rechter bepaalt wat een strafbaar feit is, wetgever bepaalt welke type straffen en
maatregelen er bestaan
↳ Cesare Beccaria: geen straf mag er zijn zonder voorafgaande wettelijke strafbepaling en vind
ook dat een straf evenredig moet zijn aan de schade die de dader veroorzaakt had
↳ ziet de rechter als bouche de la loi (spreekbuis van het recht)
↳ lagere regelgevers (provinces, gemeenten) kunnen ook wettelijke strafbepalingen maken als ze
daartoe toestemming krijgen op basis van andere wet in formele zin (delegatie)
↳ uit de term ‘uit kracht van een wettelijke strafbepaling’
↳ mogen alleen strafbepalingen maken ten aanzien van overtredingen: geen misdrijven
↳ art. 124 lid 2 Gw: regeling en bestuur kunnen van de besturen van provincies en
gemeenten worden gevorderd bij of krachtens de wet
↳ verbod op terugwerkende kracht (art. 1 lid 2 Sr): bij verandering in de wetgaving na het
tijdstip waarop het feit begaan is, worden de voor de verdachte gunstige bepalingen toegepast
lex certa = duidelijkheid voor burgers over welk handelen en welk nalaten leidt tot strafrechtelijke
aansprakelijkheid
lex stricta = geen straf zonder dat dit strikt in de wet staat
↳ rechter mag geen eigen interpretatie geven over straffen
Onbehoorlijk gedrag
Geen schending van het lex certa-beginsel
De verdachte heeft haar geschoeide voeten op het bankstel van een treincoupé neergelegd. Toen
de spoorwegpolitie haar hierop aansprak heeft ze hen uitgescholden. Ze wordt vervolgd voor
onbehoorlijk gedrag in de zin van art. 4 sub d van het Algemeen Reglement voor het Vervoer op
de spoorwegen (ARV). De verdachte beroept zich op het lex-certa-beginsel omdat zij van mening
is dat het begrip ‘onbehoorlijk gedrag’ te vaag is.
Volgens de Hoge Raad is het in sommige situaties onvermijdelijk om vage termen te gebruiken in
delictsomschrijvingen. Het is dan niet mogelijk om een concretere delictsomschrijving te geven
omdat er soms honderden gedragingen onder een bepaald begrip/norm vallen, wardoor een open
formulering noodzakelijk is. In casu ging het om de term ‘onbehoorlijk gedrag’ binnen de context
van stations en treinen. Op basis van wat gebruikelijk (algemene normen en waarden) is, kan men
afleiden wat in een bepaalde situatie als onbehoorlijk gedrag aangemerkt kan worden.
, rechtsbronnen Nederlands recht:
↳ wet
↳ art. 81 Gw: de vaststelling van wetten geschiedt door de regering (Koning en ministers)
en de Staten-Generaal (Eerste + Tweede Kamer) gezamenlijk = formele wetgever
↳ art. 89 Gw: regering is bevoegd tot regelgeving (algemene maatregel van bestuur)
↳ art. 124 Gw: provincies, gemeenten, waterschappen en andere openbare lichamen
hebben de bevoegdheid om regels op te stellen
↳ art. 134 Gw: organen kunnen bevoegdheid overdragen aan andere organen
↳ verdrag = overeenkomst tussen 2 of meerdere staten
↳ staten moeten in onderlinge verhoudingen naar bepaalde normen gedragen
↳ bilateraal verdrag = internationale overeenkomst tussen 2 staten
↳ multilateraal verdrag = internationale overeenkomst tussen meer dan 2 staten
↳ verbindende kracht wordt verdedigd met beroep op pacta sunt servanda
↳ internationaal algemeen erkende beginsel: beloften moeten worden nagekomen
↳ staten bepalen zelf hoe zij de internationale verplichtingen nakomen en hoe zij de
internationale normen binnen hun nationale rechtsorde realiseren
↳ jurisprudentie
↳ gewoonterecht
EN herhaling van feiten (usus): vaste gedragslijn die gevolgd wordt door een vaste
kring van personen
EN ideële moment: overtuiging dat het zo hoort en niet anders (opinio necessitatis)
↳ mag alleen door overheidsorganen worden vastgesteld
↳ onafhankelijke rechtsbron: geldt alleen als de wet er niet naar verwijst
↳ toepassing driehoeksmodel: gewoonte gebeurt in de maatschappij (actueel moment), er
is een overtuiging dat het zo moet gebeuren (ideëel moment) en gewoonte wordt
toegepast door de rechter waardoor het een rechtsbron wordt (normatief moment)
legaliteit = specifieke rege wordt getoetst aan de voorwaarden voor geldigheid
legitimiteit = men kijkt naar de bron als geheel: het wegen van de argumenten waarom een
rechtsbron acceptabel is
↳ legitimiteit van de wet: wet is een rechtsbron
↳ trias politica / machtenscheiding
↳ Montesquieu (verlichtingsfilosoof): staatsmacht moet verdeeld worden in 3
machten met ieder verschillende taken en bevoegdheden: machtenscheiding is
belangrijk om kans op misbruik van macht te voorkomen
↳ wet ontleent haar legitimiteit omdat wetgever deze taak heeft gekregen
↳ wetgever is onze volksvertegenwoordiging
↳ wetgever is door verkiezingen een democratisch gekozen orgaan
↳ Jean-Jacques Rousseau (verlichtingsfilosoof): bij de oprichting van en staat
maken mensen uit samenleving hun eigen wil ondergeschikt aan de algemene wil
↳ wet is de uiting van de algemene wil van het volk
↳ legitimiteit van verdragen: verdrag is een rechtsbron
↳ soevereine staten maken onderling afspraken over hoe ze met elkaar om zullen gaan en
wat ze van elkaar kunnen verwachten
↳ afspraken die internationaal zijn moeten op nationaal niveau worden goedgekeurd
↳ goedkeuring in NL door parlement: door goedkeuring wordt er legitimiteit
gegeven aan verdragen en werken universele waarden in ons land
↳ legitimiteit van jurisprudentie: uitspraak krijgt gezag
↳ gezag van motivering = uitspraak moet inhoudelijk interessant zijn en argumenten
moeten zo goed zijn dat deze redenatie geaccepteerd wordt
↳ uitspraak moet in de praktijk gebruikt worden
↳ ook uitspraken die de rechter eerder heeft gedaan (hiërarchie)
↳ uitspraken van de Hoge Raad en de Gerechtshoven worden gezien als gezaghebbend
↳ precedentwerking = rechter is verplicht om een eerdere uitspraak te volgen
↳ interpretatie van rechter is noodzakelijk bij onduidelijke regels
↳ toepassing op concrete gevallen: tijdens de totstandkoming van wetten is men
niet bekend met alle omstandigheden en situaties bekend
↳ rechter kan flexibeler reageren op nieuwe situaties dan dat de wetgever kan
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Leylan. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,49. Je zit daarna nergens aan vast.